home

Onderzoek als u niet zwanger wordt : oriënterend fertiliteitsonderzoek

Als zwanger worden niet lukt, kan een arts u verwijzen naar de polikliniek Fertiliteit om onderzoek te doen. Dit heet oriënterend fertiliteitsonderzoek. De afkorting is OFO. De arts bespreekt met u welke onderzoeken u krijgt.

Over het oriënterend fertiliteitsonderzoek

Als u na 1 jaar onbeschermde seks niet zwanger bent geworden, kan de huisarts u verwijzen naar de polikliniek Fertiliteit voor onderzoek. Fertiliteit betekent vruchtbaarheid. Op de polikliniek Fertiliteit werken zorgverleners die veel weten over zwanger worden.
Bij het oriënterend fertiliteitsonderzoek krijgt u verschillende onderzoeken. De arts onderzoekt u en uw partner.

Het eerste gesprek

Tijdens het eerste gesprek op de polikliniek Fertiliteit bespreekt de arts uw gezondheid met u. U bespreekt ook de gezondheid van uw partner. U bespreekt samen ook dingen die te maken hebben met vruchtbaarheid.

Inschrijven man

Als een man graag een kind met zijn vrouw wil en een afspraak maakt bij de polikliniek Fertiliteit, moet de man zich altijd inschrijven. De man gaat dan met een paspoort of rijbewijs naar het Patiënten Servicepunt.
Soms heeft de man al een spermaonderzoek bij de huisarts gehad en hoeft hij geen onderzoek in het ziekenhuis meer. De overheid heeft bepaald dat u altijd een rekening krijgt voor de tijd van de afspraak. 

Onderzoeken bij de vrouw

De arts kan de volgende onderzoeken aanvragen of zelf doen:

  • lichamelijk onderzoek en inwendig onderzoek
  • echo van de baarmoeder en de eierstokken
  • bloedonderzoek
  • röntgenfoto van de baarmoeder en eileiders

Lichamelijk onderzoek en inwendig onderzoek

Soms doet de arts een lichamelijk onderzoek.
Tijdens het lichamelijk onderzoek bekijkt de arts de lengte, gewicht en het haar op uw lichaam. Ook bekijkt de arts uw borsten en uw hals.
Soms doet de arts ook een inwendig onderzoek. Dat betekent dat de arts uw baarmoeder via uw vagina voelt en bekijkt. 

Echo

De arts maakt een echo van uw baarmoeder en eierstokken. Dit is een inwendige echo. Een inwendige echo gebeurt via de vagina. 
Soms is het nodig om nog 1 of meer echo’s te krijgen. Vaak krijgt u een echo rond dag 3 van uw menstruatie. De arts kan dan zien hoeveel eiblaasjes u op dat moment in uw eierstokken heeft. Dit heet een antrale follikelmeting. De arts kan u na een antrale follikelmeting beter vertellen welke behandeling het beste voor u is.
Soms krijgt u ook een echo rond dag 13 van uw menstruatie. De arts bekijkt dan of er een eiblaasje groeit. Zo ziet de arts of u een eisprong kan krijgen.

Bloedonderzoek

Uw cyclus is de periode van dag 1 van uw menstruatie tot dag 1 van uw volgende menstruatie. Dag 1 is de dag dat u begint te bloeden.
U kunt op verschillende momenten een bloedonderzoek krijgen. Bijvoorbeeld 1 week voordat u uw menstruatie verwacht naar het ziekenhuis om bloed te laten afnemen. Soms komt u rond dag 3 van uw menstruatie naar het ziekenhuis voor een bloedonderzoek. De arts bekijkt hoeveel hormonen er in uw bloed zitten.
Door het bloedonderzoek en de echo kan de arts zien of u een afwijking heeft in uw cyclus.
Vaak kan de arts u behandelen voor afwijkingen in uw cyclus. Bijvoorbeeld door het opwekken van een eisprong. De arts kan u niet behandelen als u in de overgang zit.
De arts kijkt ook of u chlamydia heeft gehad. Chlamydia is een ziekte die u via seks kan krijgen. Chlamydia kan uw eileiders beschadigen.

Röntgenfoto van de baarmoeder en eileiders

Soms maakt de arts een röntgenfoto van uw baarmoeder en de eileiders. Dit heet een HSG. Met een HSG kan de arts zien of u afwijkingen aan uw baarmoeder of eileiders heeft. 

Onderzoek bij de man

Spermaonderzoek

De man krijgt een spermaonderzoek. Als de arts afwijkingen in het sperma vindt, krijgt de man ook andere onderzoeken.
U maakt een afspraak bij het Fertiliteitslaboratorium voor het inleveren van sperma. Breng het sperma naar OLVG in het potje dat u bij de polikliniek heeft gekregen. 
Bij het spermaonderzoek kijkt de arts naar het aantal zaadcellen en hoe goed de zaadcellen bewegen.
Soms krijgt u dit onderzoek meer dan 1 keer.

Na de eerste onderzoeken

Na alle onderzoeken krijgt u een gesprek met de arts. De arts bespreekt de resultaten van de onderzoeken met u en uw partner. Soms zijn er andere onderzoeken nodig of moet u onderzoeken herhalen. De arts bespreekt dit ook met u.
Als een behandeling nodig is, bespreekt de arts dit met u.

Aanvullende onderzoeken

Hysteroscopie

Bij een hysteroscopie kijkt de arts met een camera via de vagina in de baarmoederholte.
Zo kunnen afwijkingen aan de binnenkant van de baarmoeder gezien worden en ook eventueel verholpen worden. 

Kijkoperatie

U kunt ook een kijkoperatie krijgen. Bij een kijkoperatie wordt u eerst in slaap gebracht. De arts maakt kleine sneetjes in uw buik en via die sneetjes worden instrumenten, waaronder een camera, in de buikholte gebracht. De arts kijkt via de camera in uw buik. 

Bespreken van de resultaten

Na alle onderzoeken bespreekt de arts de resultaten met u. De arts bespreekt met u als en wat de oorzaak kan zijn van de onvervulde kinderwens. Er wordt dan samen met u besproken wat de vervolg stappen zijn en welke behandeling er toegepast kan worden.

In sommige gevallen is er geen oorzaak gevonden na de onderzoeken. De arts berekent dan voor u wat de kans is op een spontane zwangerschap voor het komende jaar. Als de kans op een spontane zwangerschap groter is dan 30 procent, is er nog geen reden om een behandeling te starten. Het advies is dan om zelf nog 6 tot 12 maanden door te proberen, en regelmatig te vrijen in de vruchtbare tijd van uw cyclus.   

Wat u zelf kunt doen

Het kan een moeilijke periode zijn om te onderzoeken waardoor u niet zwanger kan worden. Erover praten kan helpen. U kunt ook ondersteuning vinden bij de vereniging voor vruchtbaarheidsproblemen Freya

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek VEVO, locatie Oost, P1
020 599 34 81 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Fertiliteit, locatie West, route 22
020 510 86 14 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Fertiliteit van OLVG. Laatst gewijzigd: