home

Secundaire borstreconstructie met tissue expander en prothese : na borstamputatie

Als uw borst vanwege borstkanker is geamputeerd, kunt u tijdens 2 volgende operaties een reconstructie van de borst krijgen. Dit heet een secundaire borstreconstructie. Er zijn verschillende manieren om een borst te reconstrueren. 1 manier is een borstreconstructie met een prothese en tissue expander.

Over de secundaire borstreconstructie met prothese en tissue expander

Bij een uitgestelde of secundaire borstreconstructie heeft u 2 operaties na de operatie borstamputatie. U krijgt de borstreconstructie in 2 fases:

Fase 1: het plaatsen en vullen van een tissue expander

Door de tissue expander komt er meer ruimte in uw borst om de prothese te plaatsen. Een tissue expander is een ballonnetje dat de plastisch chirurg meestal onder de borstspier plaatst. Tijdens een aantal afspraken spuit de plastisch chirurg steeds een klein beetje vocht in het ballonnetje.
Het inspuiten van het vocht duurt een paar minuten. Het doet geen pijn.
Door de tissue expander wordt de huid in uw borst opgerekt. Als de huid genoeg is opgerekt, krijgt u een nieuwe operatie waarbij de plastisch chirurg een definitieve prothese plaatst. Meestal is dit 3 tot 6 maanden na de eerste operatie.

Fase 2: vervangen tissue expander door de prothese

De prothese die u krijgt voor uw borst is gevuld met siliconen. Er zijn verschillende soorten protheses. Uw plastisch chirurg adviseert welke prothese voor u het beste is.

Het resultaat

Bij een borstreconstructie probeert de plastisch chirurg zo goed mogelijk uw borst na te maken. Maar een nieuwe borst is altijd anders dan uw eigen borst:

  • De nieuwe borst zal wat meer rechtop staan en de borst zal minder uitzakken dan de eigen borst.
  • De grootte van de nieuwe borst zal iets anders zijn. Soms kunt u na een tijdje nog een extra operatie aan uw andere borst krijgen om uw beide borsten meer op elkaar te laten lijken.
  • Door de prothese kan de nieuwe borst kouder aanvoelen dan uw eigen borst. U heeft ook geen gevoel in de nieuwe borst.
  • De huid van de nieuwe borst is dun, u kunt daarom een randje van de prothese voelen.
  • Soms kan de borstspier zich aanspannen over de prothese heen. Dit geeft trekkingen.
  • Als de operatie goed is gegaan, kunt u later kiezen of u nog een tepelreconstructie of tepelhoftatoeage wilt krijgen. De plastische chirurg bespreekt de mogelijkheden met u.
  • Een siliconen borstprothese slijt en kan niet altijd de rest van uw leven blijven zitten. Het kan dat de prothese in de toekomst een keer vervangen moet worden. U krijgt na ongeveer 10 jaar een controle. De prothese wordt vervangen als u klachten heeft.

Zo bereidt u zich voor op beide operaties

  • U vult een vragenlijst in via patiëntenportaal MijnOLVG als voorbereiding op uw behandeling of onderzoek. Daarna hoort u welke soort verdoving u krijgt.
    Meestal hoort u dit online via MijnOLVG. Heel soms is een telefonische afspraak of een bezoek aan de polikliniek Anesthesiologie nodig. Een medewerker van de afdeling Anesthesiologie neemt dan contact met u op.
    Kijk voor meer informatie op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie.
  • Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Geef dit dan aan via MijnOLVG. Doe dit zo snel mogelijk.
    Als u MijnOLVG niet gebruikt, overleg dan met uw arts.
    Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts.
  • Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw behandeling of onderzoek nuchter zijn.
    U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
    Voor meer informatie kunt u ook alvast kijken op de webpagina Verdoving bij een onderzoek of operatie. 
Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie.
Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking.
Stop als het kan 6 weken voor uw operatie met roken.
Rook niet tot minstens 6 weken na de operatie.
Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie.

Gezond gewicht

Uw huid en weefsel van de buik zijn in een betere conditie bij een gezond gewicht. De kans op complicaties tijdens de operatie is dan kleiner. Het resultaat van de operatie is meestal mooier. Als u te zwaar bent, adviseert de plastisch chirurg u eerst af te vallen. Te zwaar zijn betekent een BMI van hoger dan 30.

Andere voorbereidingen

  • Als u op locatie Oost wordt geopereerd, belt u de dag voor de operatie zelf tussen 15.00 en 16.00 uur naar verpleegafdeling B5. U hoort dan hoe laat u de volgende dag naar het ziekenhuis moet komen.
  • Als u op locatie West wordt geopereerd, belt de afdeling u 2 werkdagen voor de operatie om door te geven hoe laat u naar dagbehandeling B3 moet komen.
  • Regel als het nodig is voor de eerste 6 weken na de operatie hulp. Na de operatie mag u 6 weken uw arm niet hoger dan uw schouder bewegen. U mag ook 6 weken uw borstspieren niet belasten: u mag bijvoorbeeld niet tillen, de hond niet uitlaten, of zwaar huishoudelijk werk doen, zoals stofzuigen of uw bed verschonen.
  • Zorg ervoor dat iemand u na de operatie met een auto ophaalt en naar huis brengt.
  • Zorg dat u paracetamol in huis heeft voor na de operatie.

Zo gaat de operatie

Plaatsen tissue expander

Voor de operatie

  • Tijdens de operatie opent de arts het litteken van de borstamputatie. De arts plaatst de tissue expander.
  • De arts hecht de wond.
  • De arts plaatst een drain in de wond. Een drain is een dun slangetje dat vocht en bloed uit de wond afvoert.
  • De operatie duurt ongeveer 1 uur.

Na de operatie

  • U gaat op de dag van de operatie naar huis of u verblijft 1 nacht in het ziekenhuis. Dit hangt af van het tijdstip van uw operatie.
  • U krijgt een recept voor pijnstilling mee naar huis.
  • De hechtingen kunnen in het begin gevoelig zijn.
  • Er kunnen in het begin enkele deukjes in de huid zitten.
  • Na 2 tot 3 weken start de arts met het vullen van de tissue expander met vocht. Dit is een fysiologische zoutoplossing. De arts vult de tissue expander via een injectienaald. U voelt hier meestal niets van. U komt hiervoor een aantal keer elke week naar de polikliniek Plastische Chirurgie.
  • Als uw huid genoeg is opgerekt, krijgt u een nieuwe operatie. De plastisch chirurg plaatst dan een definitieve prothese plaatst. Meestal is de operatie 3 tot 6 maanden na het plaatsen van de tissue expander.

Plaatsen prothese

  • Tijdens de tweede operatie opent de arts het litteken van de borstamputatie. De arts vervangt de tissue expander door de definitieve prothese.
  • De arts hecht de wond.
  • De arts plaatst soms een drain in de wond. Een drain is een dun slangetje dat vocht en bloed uit de wond afvoert.
  • De operatie duurt 30 tot 45 minuten.
  • Soms maakt de arts tijdens deze operatie de andere gezonde borst groter of kleiner. Dit bespreekt de plastisch chirurg voor de operatie met u.
  • U gaat op de dag van de operatie weer naar huis.
  • U krijgt recepten voor pijnstilling mee naar huis.
  • Na de operatie kan de wond gevoelig zijn.

Opleiden zorgverleners in OLVG

OLVG biedt kansen aan de zorgverleners van de toekomst. Nieuwe zorgverleners zijn hard nodig.
Arts-assistenten, zorgverleners en zorgverleners in opleiding kijken mee en doen zelf onderzoeken en behandelingen.  Dit gebeurt altijd onder verantwoordelijkheid van een zorgverlener met ervaring.
Zo kan OLVG patiënten ook in de toekomst de juiste zorg blijven bieden.

Uitstel van uw operatie of behandeling

Heel soms gebeurt het dat uw operatie of uw behandeling niet kan doorgaan.
Bijvoorbeeld door een onverwachte situatie. Of als een andere patiënt spoedeisende hulp nodig heeft. U krijgt dan zo snel mogelijk een nieuwe afspraak.

 

Zo gaat het verder

  • Overleg u met uw plastisch chirurg wanneer u weer mag douchen. Meestal mag u de dag na de operatie weer douchen.
  • Meestal mag u de eerste dagen geen bh dragen. De plastisch chirurg adviseert u over het dragen van een sport-bh of een normale bh na de operatie. Het is belangrijk dat er geen druk komt op de borst en dat een bh niet knelt.
  • De wond is onderhuids gehecht. Als er geen vocht meer uit de wond komt, hoeft u geen pleister of gaasje meer te gebruiken. Als er een doorzichtige pleister op de wond zit, laat u deze zitten tot u terugkomt op de polikliniek Plastische Chirurgie
  • U mag de eerste 3 maanden niet naar de sauna of de zonnebank. De huid rond uw borst is heel dun en kwetsbaar. De huid kan de hitte niet aan.
  • Als u in de zon gaat, is het belangrijk dat u de huid goed insmeert met factor 30 of hoger. Het beste is als u de borst ook bedekt met een stuk kleding. De huid is dun en kan snel verbranden.
  • De eerste weken na de ingreep zal u hulp nodig hebben in het huishouden.
  • U mag 6 weken niet roken.

Bewegen en tillen

Voor uw herstel is het belangrijk dat u uw arm beweegt. Bouw het rustig op. U mag de eerste week na de operatie de arm bewegen bij dagelijkse activiteiten. Als een beweging veel pijn doet, moet u het rustiger aan doen. Na de eerste week kunnen de meeste vrouwen die een borstamputatie hebben gehad steeds meer bewegen.

Na de operatie mag u 6 weken uw arm niet hoger dan uw schouder bewegen. U mag ook 6 weken uw borstspieren niet belasten: u mag bijvoorbeeld niet tillen, de hond niet uitlaten, of zwaar huishoudelijk werk doen, zoals stofzuigen of uw bed verschonen.

Complicaties

Na een borstreconstructie met een prothese of tissue expander is er een kleine kans op complicaties. Soms moet u dan opnieuw geopereerd worden:

  • Een nabloeding: Als u een nabloeding heeft, gaan er bloedvaten open die de chirurg tijdens de operatie heeft dicht gemaakt. Als er te veel bloed ophoopt in uw bloedvaten, moet u worden geopereerd.
  • Een infectie: Als u een infectie in uw borst krijgt, moet de prothese meestal weer verwijderd worden. Als u een infectie heeft, wordt uw borst warm en rood en kunt u koorts krijgen. Als uw lichaam weer hersteld is kan de chirurg een nieuwe borstreconstructie doen. Dit is pas 3 maanden nadat de prothese verwijderd is. Soms moet er dan ook eigen weefsel worden toegevoegd
  • Afsterven van de huid: De huid die gespaard is bij de ingreep is dun en kwetsbaar. Op de plek van het litteken, krijgt de huid de minste bloed. Uw huid kan dan in de dagen na de operatie afsterven. Dit heet ook wel necrose. De huid wordt dan donker. Als uw huid afsterft, moet de chirurg de huid tijdens een operatie verwijderen.
  • Kapselvorming: Kapselvorming betekent dat er littekenweefsel om de prothese heen ontstaat. Hierdoor kan uw borst hard en pijnlijk worden. Als u klachten heeft, moet de prothese in uw borst vervangen worden. Bestraling geeft een grotere kans op kapselvorming.
  • Bijwerkingen siliconen prothese: De Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie heeft hier meer informatie over.

Wanneer moet u contact met ons opnemen?

Iedere operatie heeft risico’s. Bij deze operatie bestaat een kleine kans op een ontsteking, te veel vocht bij de wond of een nabloeding.

Als u vragen heeft of zich zorgen maakt, kunt u de BorstZorg Monitor in MijnOLVG raadplegen. De BorstZorg Monitor is na de operatie voor u beschikbaar in MijnOLVG via Zorgadvies. Met de BorstZorg Monitor kunt u thuis eenvoudig uw klachten na uw operatie meten en doorgeven. Wij kunnen u zo op afstand begeleiden.

Neem contact op met het ziekenhuis als u 1 of meer van deze klachten heeft:

  • U heeft meer dan 38,5 graden koorts.
  • U heeft pijn aan de borst en een strakke huid om de borst.
  • De huid van de borst krijgt een andere kleur.
  • De huid rond de borst is rood, gezwollen en warm.
  • Er komt pus uit het litteken.
  • De wond ziet er vreemd uit of geneest niet goed.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Casemanager mammacare
mammacare@olvg.nl

Mammapoli, locatie Oost, P3
020-510 88 80 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Mammapoli, locatie West, route 6
020-510 88 80 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Plastische Chirurgie, locatie Oost, P4
020 510 86 70 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Verpleegafdeling Chirurgie B5, locatie Oost
020 599 25 03 (bij spoed dag en nacht bereikbaar)

Verpleegafdeling Chirurgie, locatie West, A4
020 510 84 14 en 020 510 82 14 (bij spoed dag en nacht bereikbaar)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Plastische, reconstructieve, en handchirurgie van OLVG. Laatst gewijzigd: