Uw dossier online inzien?
In MijnOLVG kunt u uw persoonlijke gegevens van OLVG inzien en beheren. U kunt bijvoorbeeld uw afspraken bekijken, onderzoeksuitslagen inzien en korte vragen stellen.
Lees verder
Bij het plaatsen van een schouderprothese wordt het schoudergewricht geheel of gedeeltelijk vervangen door een prothese. Artrose (slijtage) van het schoudergewricht is de meest voorkomende reden voor het plaatsen van een schouderprothese. Door het verlies van kraakbeen wordt de ruimte tussen de kop en kom van de schouder steeds kleiner. Dit veroorzaakt pijn en stijfheid van de schouder. Door een schouderprothese kan de schouder weer bewegen zonder dat het pijn doet.
De orthopedisch chirurg maakt een snede van 10 tot 15 centimeter. Om bij het schoudergewricht te komen moeten bepaalde spieren opzij gehouden worden. Soms is het nodig pezen los te maken. Deze pezen worden aan het eind van de schouderoperatie weer vastgemaakt. De wond wordt hierna afgedekt met gaas en drukverband. U krijgt direct na de operatie een draagband (sling) om de arm te ondersteunen.
Na de operatie blijft u nog enkele uren op de uitslaapkamer (recovery). Als het nodig is, krijgt u medicijnen tegen de pijn en misselijkheid. Wanneer u voldoende bent hersteld, gaat u terug naar de verpleegafdeling. U start de dag van de operatie met het oefenprogramma onder begeleiding van een fysiotherapeut. Houdt er rekening mee dat u de eerste zes weken de schouder niet volledig kunt gebruiken. Zodra u weer thuis is het belangrijk verder te gaan met een oefenprogramma bij een fysiotherapeut bij u in de buurt.
Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken? Neem dan contact op met de afdeling Orthopedie.
De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Orthopedie van OLVG. Laatst gewijzigd: 29 december 2020