home

AIN onderzoek : onderzoek slijmvlies bij de anus

In het slijmvlies in en rond de anus zitten cellen. Soms zorgt een virus ervoor dat cellen onrustig worden. Deze cellen heten AIN: anale intra-epitheliale neoplasie. De onrustige cellen kunnen veranderen in anuskanker. Het is daarom goed om AIN vroeg op te sporen door AIN onderzoek, zodat u een behandeling kunt krijgen.

Over AIN

AIN is de afkorting van anale intra-epitheliale neoplasie. Dit betekent dat u een virus in uw lichaam heeft dat het slijmvlies in en rond de anus verandert. Dit virus heet hpv of humaan papilloma virus.

Bij AIN heeft u meestal geen klachten.

AIN kan vaker voorkomen. Ook als u al eens AIN heeft gehad, kunt u weer AIN krijgen. Het is daarom goed om u geregeld te laten onderzoeken.

De meeste mensen die seks hebben, hebben een keer HPV gehad. Meestal ruimt het lichaam HPV vanzelf op. HPV kan bij vrouwen veranderen in baarmoederhalskanker. HPV kan ook veranderen in anuskanker, bij mannen én vrouwen.

Over AIN onderzoek

Bij AIN onderzoek onderzoekt de arts de anus aan de buitenkant en binnenkant. Vaak verwijdert de arts een stukje van het slijmvlies om te laten onderzoeken.

Door AIN onderzoek weet u of u onrustige cellen heeft. Door onrustige cellen snel te behandelen, is de kans dat de cellen in anuskanker veranderen kleiner. AIN onderzoek kan er niet voor zorgen dat u geen anuskanker krijgt.

Zo bereidt u zich voor

Voor een betrouwbare uitslag van het onderzoek, zijn er vanaf 24 uur voor het onderzoek een paar regels:

  • Gebruikt u bloedverdunners? U mag deze gewoon blijven gebruiken.
  • Eet geen gekruid eten.
  • Geen anale seks.
  • Geen voorwerpen in de anus doen.
  • Niet anaal spoelen.

Zo gaat het onderzoek

Het onderzoek duurt 30 tot 45 minuten.

Voor het onderzoek

Het onderzoek gebeurt door 2 zorgverleners: 1 arts en 1 assistent.

  • De arts stelt u enkele vragen over uw seksleven in de laatste 6 maanden. Als u klachten heeft, bespreekt de arts deze ook met u.
  • In de kleedkamer doet u uw broek, onderbroek en schoenen uit. Een man krijgt een handdoek om tijdens het onderzoek uw balzak en penis omhoog te houden en te bedekken.

Het onderzoek

  • U gaat in een speciale stoel zitten.
  • U legt uw benen in de beensteunen.
  • De stoel gaat omhoog en naar achteren, zodat de arts de anus goed kan onderzoeken.
  • De arts onderzoekt eerst de buitenkant van de anus. De arts gebruikt een speciale, vergrotende camera en azijnzuur.
    De huid rond de anus heeft veel plooien. Door de plooien is een afwijking niet altijd goed te zien. De camera vergroot de beelden. Zo kan de arts beter zien of er een afwijking is.
    Door het azijnzuur kan de arts een afwijking beter zien. Het azijnzuur voelt soms koud of nat aan. Azijnzuur kan ook een beetje branden.
  • Als de arts een afwijking ziet, maakt de arts een foto.
  • Na het onderzoek van de buitenkant van de anus, onderzoekt de arts de binnenkant van de anus.
  • De arts brengt met glijmiddel een proctoscoop in de anus. Met een proctoscoop kan de arts het slijmvlies in de anus beter bekijken.
  • De arts brengt door de proctoscoop een wattenstaafje in met een gaasje met azijnzuur. Het azijnzuur voelt soms koud of nat aan. Azijnzuur kan ook een beetje branden.
  • De arts verwijdert de proctoscoop en laat het wattenstaafje 1 minuut zitten.
  • Na 1 minuut verwijdert de arts het wattenstaafje.
  • De arts brengt de proctoscoop weer in. De arts bekijkt heel precies alle plooien van de anus. Door het azijnzuur kan de arts een afwijking beter zien.
  • Als de arts een afwijking ziet, maakt hij een foto voor uw medisch dossier. Na uw behandeling maakt de arts nog een foto. Het verschil is dan goed te zien.
  • Als de arts aan de binnenkant of buitenkant van de anus een afwijking heeft gezien, neemt de arts een biopt. Een biopt betekent dat de arts een stukje slijmvlies verwijdert om te laten onderzoeken.
    Voor het biopt van de binnenkant van de anus krijgt u meestal geen verdoving, omdat er weinig zenuwen in het slijmvlies van de anus zitten. Als u een verdoving krijgt, is dat met een injectie, crème of vloeistof.
    Voor het biopt aan de buitenkant van de anus verdooft de arts eerst de huid. U heeft dan geen pijn, maar u voelt nog wel wat druk.

Na het onderzoek

  • De huid of het slijmvlies rond anus kunnen een paar dagen bloeden. U krijgt verband om te zorgen dat er geen bloed op uw kleding komt.
  • De arts stuurt het biopt naar het laboratorium om te laten onderzoeken.
  • Als u zich goed voelt, mag u na uw behandeling of onderzoek meteen naar huis. U kunt zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer.

Adviezen voor thuis

  • U mag 1 week geen anale seks hebben.
  • Door de wondjes kunt u sneller een soa of infectie krijgen. Gebruik daarom een condoom tot de wondjes genezen zijn.

Wanneer moet u ons bellen?

Enkele dagen bloed bij de ontlasting of op het wc-papier is normaal. Als er veel bloedverlies is, neem dan contact op met uw arts.

De uitslag

De arts belt u na 2 weken en bespreekt de uitslag met u.

Er zijn 4 uitslagen mogelijk:

  • U heeft geen onrustige cellen.
  • AIN 1 of laaggradige AIN.
    Deze uitslag betekent dat er alleen in de bovenste laag van het slijmvlies bij de anus onrustige cellen zitten.
    Bij AIN 1 is een behandeling niet nodig. Het lichaam kan de cellen vanzelf opruimen. Na 1 jaar krijgt u een afspraak om het onderzoek te herhalen.
  • AIN 2 of hooggradige AIN
    Deze uitslag betekent dat er in een diepere laag van het slijmvlies bij de anus onrustige cellen zitten.
    Bij AIN 2 is een behandeling mogelijk.
  • AIN 3 of hooggradige AIN
    Deze uitslag betekent dat er door heel het slijmvlies bij de anus onrustige cellen zitten.
    Bij AIN 3 is een behandeling mogelijk.

De arts bespreekt het vervolg met u.

Behandelingen

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Dermatologie, locatie Oost, P1
020 510 86 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Dermatologie, locatie West, route 16
020 510 86 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Interne Geneeskunde, locatie Oost, P2
020 599 30 37 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Interne Geneeskunde, locatie West, route 14
020 510 88 82 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Dermatologie van OLVG. Laatst gewijzigd: