home
Medische informatie

Uw baby groeit te langzaam in uw buik : groeivertraging in de buik

Tijdens de zwangerschap groeit uw baby tot ongeveer 50 cm. Sommige baby’s groeien erg langzaam. Als uw baby te klein is voor het aantal weken dat u zwanger bent, dan heeft uw kind een groeivertraging. U krijgt extra onderzoeken in het ziekenhuis.

: op deze pagina snel naar

Over groeivertraging Onderzoek Controle
Na de bevalling Wanneer moet u ons bellen?
Behandelingen Contact
Betrokken afdeling
Verloskunde   Bekijk team

Over groeivertraging

Een groeivertraging betekent dat uw baby kleiner is dan 90% van alle baby’s met dezelfde zwangerschapsduur. Dit betekent niet meteen dat er iets mis is met uw baby.  
Er zijn verschillende oorzaken voor een groeivertraging tijdens de zwangerschap:

  • Er zijn problemen met de placenta.
  • U heeft zelf een chronische ziekte. Bijvoorbeeld suikerziekte, nierziekten, hartziekten, vaatziekten en ondervoeding.
  • U rookt.
  • U gebruikt alcohol of drugs.
  • Uw baby heeft een aangeboren ziekte.
  • U heeft tijdens de zwangerschap een infectie gekregen.

Soms is er geen duidelijke oorzaak voor de groeivertraging van uw baby.

Roken, alcohol en drugs zijn heel slecht voor uw baby.
Stop zo snel mogelijk. U kunt uw arts om hulp vragen.

Onderzoek

Tijdens de zwangerschap kijkt de arts of verloskundige vaak hoe groot uw baby is. Dit gebeurt met een onderzoek van de buik of met een echo. De arts of verloskundige ziet dan of uw baby minder snel groeit. Als uw baby minder snel groeit, dan krijgt u een vervolgonderzoek.

Vervolgonderzoek

  • U krijgt een echo. De arts berekent hoe groot uw baby is door te kijken naar het hoofd, de buik en het bovenbeen van uw baby.
  • De arts bekijkt ook hoeveel vruchtwater u heeft. Ook krijgt u een onderzoek van de bloedvaten van uw baby. Dit heet een dopplermeting.

Controle

Er is geen behandeling voor een groeivertraging tijdens de zwangerschap. De arts controleert uw baby vaak.

  • 1 tot 2 keer per week controleert de arts met een echo het vruchtwater en de bloedvaten van uw baby.
  • Elke 10 tot 14 dagen krijgt u een echo om de groei van uw baby te controleren.
  • Soms meet de arts ook de hartslag van uw baby gemeten met banden op uw buik. Dit heet een hartfilmpje.
  • Soms is het nodig om in het ziekenhuis te blijven. De arts bespreekt dit met u.
  • Soms is het nodig om de bevalling in te leiden. Dit betekent dat de arts uw bevalling opwekt door medicijnen of een behandeling. U leest hier meer over op de webpagina: Inleiden van de bevalling.

Na de bevalling

Als uw baby een groeivertraging heeft gehad tijdens de zwangerschap, blijft uw baby soms op de kinderafdeling. De arts kijkt dan of uw baby gezond is.
Uw baby mag met u mee naar huis als uw baby zelf goed kan drinken en warm blijft.  

Wanneer moet u ons bellen?

Neem meteen contact op met spoedzorg Verloskunde als u uw baby minder of niet voelt bewegen.

Behandelingen

Inleiden van de bevalling

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de afdeling via MijnOLVG. U kunt ook bellen.

Polikliniek Verloskunde, locatie Oost, P1
020 599 30 60 (op werkdagen van 08.15 uur tot 16.15 uur)

Polikliniek Verloskunde, locatie West, route 24
020 510 86 24 (op werkdagen van 08.15 uur tot 16.15 uur)

Bij spoed
Anna Paviljoen, locatie Oost, 2e etage
Spoedzorg Verloskunde,  020 599 22 35 (bij spoed, dag en nacht bereikbaar)
Bevalsuites, 020 599 30 09 (dag en nacht bereikbaar)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Verloskunde van OLVG. Laatst gewijzigd: