home

Verwijderen van de milt : splenectomie

De milt is een orgaan linksboven in de buik. Bij sommige ziektes moet de milt worden verwijderd. Zonder milt kunt u gewoon leven. Andere organen nemen het werk van de milt over.

Over het verwijderen van de milt

De milt is een orgaan linksboven in de buik. De milt werkt mee aan het maken en afbreken bloed. De milt helpt ook bij de afweer tegen ziekten.
De milt is kwetsbaar, omdat er veel bloedvaten doorheen lopen.
Het is goed mogelijk om te leven zonder milt. Andere organen nemen dan het werk van de milt over.

Er zijn verschillende redenen om de milt te verwijderen.

  • Bloedziektes: door sommige ziektes kan de milt te veel bloed gaan verwijderen. Hierdoor krijgt u bloedarmoede. Soms verwijdert de milt ook te veel bloedplaatjes. Bloedplaatjes zijn deeltjes in uw bloed die zorgen voor korstjes op wonden. Als de milt te veel bloedplaatjes verwijdert, krijgt u meer bloedingen. 
  • Ziektes van het lymfesysteem: bij ziektes zoals de ziekte van Hodgkin, een lymfosarcoom of chronische leukemie is het soms nodig de milt te verwijderen. Onderzoek van uw milt geeft uw arts meer informatie over het verloop van uw ziekte. Of de arts kan beter bepalen welke medicijnen u nodig heeft.
  • Ongelukken: bij ongelukken bijvoorbeeld in het verkeer of door geweld kan uw milt scheuren. De milt bloedt dan veel. Bij een scheur in de milt krijgt u een operatie. Hierbij gebruikt de arts een soort netje van oplosbaar materiaal. Als het bloeden niet stopt, verwijdert de arts de milt.
  • Te hardwerkende milt: hypersplenisme. De milt werkt te hard en breekt het bloed te snel af. 
  • Soms moet een milt worden verwijderd omdat er een cyste of tumor op zit. Dit is erg zeldzaam.

Bijmilt

Sommige mensen hebben ook een kleine milt of enkele kleine milten naast de grote milt. Dit zijn bijmilten. Mensen met een bloedziekte hebben vaak bijmillten.
Als u een scheur in uw milt heeft, dan worden de bijmiltjes niet verwijderd. De bijmiltjes kunnen dan de werking van de milt overnemen. Bij sommige ziektes zoals bloedziektes worden de bijmiltjes wel verwijderd. 

Kijkoperatie of buikoperatie

De arts kan de milt op 2 manieren verwijder: met een kijkoperatie of een buikoperatie. 
Bij een kijkoperatie opereert de arts u via kleine sneetjes in uw buik. 
Het voordeel van een kijkoperatie is dat u een minder grote wond heeft dan bij een ‘gewone’ buikoperatie. Het herstel na een kijkoperatie duurt hierdoor meestal korter. 
Uw arts bespreekt vooraf met u op welke manier u wordt geopereerd.

Vaccinaties bij het verwijderen van de milt

De milt is een belangrijk orgaan die u beschermt tegen ziektes. Zonder milt wordt u sneller ziek. U krijgt daarom rond de operatie een paar vaccinaties. Zo bent u beter beschermd tegen ziekten. 
2 weken voor de operatie krijgt u de volgende vaccinaties:

  • Een vaccinatie tegen pneumokokken. U krijgt elke 2 tot 3 jaar een nieuwe vaccinatie.
  • Een vaccinatie tegen meningokokken. U krijgt deze vaccinatie 1 keer. Na de vaccinatie bent u voor uw hele leven beschermd.
  • Een vaccinatie tegen de bacterie Haemophilus influenzae. U krijgt deze vaccinatie 1 keer. Na de vaccinatie bent u voor uw hele leven beschermd.

Als u met spoed een operatie krijgt, dan is er geen tijd om de vaccinaties voor de operatie te geven. U krijgt de vaccinaties dan 4 weken na de operatie.

Zo bereidt u zich voor op de operatie

  • U vult een vragenlijst in via patiëntenportaal MijnOLVG als voorbereiding op uw behandeling of onderzoek. Daarna hoort u welke soort verdoving u krijgt.
    Meestal hoort u dit online via MijnOLVG. Heel soms is een telefonische afspraak of een bezoek aan de polikliniek Anesthesiologie nodig. Een medewerker van de afdeling Anesthesiologie neemt dan contact met u op.
    Kijk voor meer informatie op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie.
  • Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Geef dit dan aan via MijnOLVG. Doe dit zo snel mogelijk.
    Als u MijnOLVG niet gebruikt, overleg dan met uw arts.
    Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts.
  • Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw behandeling of onderzoek nuchter zijn.
    U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
    Voor meer informatie kunt u ook alvast kijken op de webpagina Verdoving bij een onderzoek of operatie. 
Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie.
Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking.
Stop als het kan 6 weken voor uw operatie met roken.
Rook niet tot minstens 6 weken na de operatie.
Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie.

Zo gaat de operatie

Een kijkoperatie

  • Een kijkoperatie heet ook een laparoscopische operatie.
  • U krijgt via een infuus de verdoving. Dit is de narcose.
  • De arts maakt 3 of meer kleine sneetjes in de buik.
  • De arts blaast wat gas in uw buik. Zo heeft de arts meer ruimte en beter zicht op uw galblaas. Het gas verdwijnt vanzelf na de operatie.
  • Door die sneetjes brengt de arts de instrumenten en een kleine camera in uw buik.
  • De arts hecht de sneetjes op uw buik.
  • De operatie duurt 2 tot 3 uur.
  • Soms ziet de arts pas tijdens de operatie dat hij de milt niet kan verwijderen met een kijkoperatie. U krijgt dan een buikoperatie.

Na een kijkoperatie

  • Na de operatie kunt u weer gewoon drinken en eten.
  • Na een kijkoperatie blijft u meestal 1 nacht in het ziekenhuis.
  • U mag na de operatie gewoon douchen.
  • 10 dagen na de operatie mag u weer in bad en zwemmen.

Een buikoperatie

  • Een ‘gewone’ buikoperatie heet ook wel een laparotomie. 
  • U krijgt via een infuus de verdoving. Dit is de narcose.
  • De arts maakt een snede van 10 tot 15 centimeter midden in de bovenbuik of links net onder de ribben. Via deze snede haalt de arts de milt weg.
  • Soms krijgt u een wonddrain tijdens de operatie. Dit is een slangetje in de wond. Dit slangetje voert bloed en vocht af. Zo krijgt u geen zwelling. 
  • De arts hecht de snede op uw buik.
  • De operatie duurt 2 tot 3 uur.

Na een buikoperatie

  • Na de operatie kunt u weer gewoon drinken en eten.
  • Als er geen vocht meer uit de drain komt, haalt de arts de drain weg. Dit is vaak na 1 tot 3 dagen.
  • Bij een buikoperatie blijft u meestal een paar dagen in het ziekenhuis. 
  • U mag na de operatie gewoon douchen.
  • 10 dagen na de operatie mag u weer in bad en zwemmen.

Opleiden zorgverleners in OLVG

OLVG biedt kansen aan de zorgverleners van de toekomst. Nieuwe zorgverleners zijn hard nodig.
Arts-assistenten, zorgverleners en zorgverleners in opleiding kijken mee en doen zelf onderzoeken en behandelingen.  Dit gebeurt altijd onder verantwoordelijkheid van een zorgverlener met ervaring.
Zo kan OLVG patiënten ook in de toekomst de juiste zorg blijven bieden.

Uitstel van uw operatie of behandeling

Heel soms gebeurt het dat uw operatie of uw behandeling niet kan doorgaan.
Bijvoorbeeld door een onverwachte situatie. Of als een andere patiënt spoedeisende hulp nodig heeft. U krijgt dan zo snel mogelijk een nieuwe afspraak.

Naar huis

  • U bespreekt met de arts wanneer u weer naar huis kunt. 
  • U mag nog niet zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer. Vraag of iemand u met de auto naar huis brengt.

Zo gaat het verder

  • Vaak krijgt u oplosbare hechtingen. U hoeft dus niet naar het ziekenhuis te komen om de hechtingen te laten verwijderen. 
  • 4 tot 6 weken na uw operatie heeft u een afspraak bij de polikliniek Chirurgie. De arts kijkt dan of de wond goed genezen is.
  • De wond heeft geen speciale verzorging nodig. 
  • U kunt gewoon douchen of zich wassen. 
  • Als de wond genezen is, mag u alles weer doen. 
  • Na een kijkoperatie kunt u meestal weer snel aan het werk. Na een buikoperatie kan het langer duren voor u alles weer kunt doen. 

Wanneer moet u ons bellen?

Iedere operatie heeft risico’s. Bij deze operatie bestaat een kleine kans op een ontsteking, een bloeding of trombose.
Een bijzondere risico bij deze operatie is dat soms na het verwijderen van de milt er te veel bloedplaatjes in het bloed komen. Dit komt doordat de milt deze niet meer afbreekt.

Bel meteen de afdeling Chirurgie als u 1 of meer van deze klachten heeft:

  • U heeft meer dan 38,5 graden koorts.
  • U denkt dat uw wond is ontstoken. Uw wond is ontstoken als er pus uitkomt, de wond rood is en warm aanvoelt, en de plek om de wond gezwollen is. Als u twijfelt, bel dan de polikliniek. 

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Chirurgie, locatie Oost, P3
020 510 88 80 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
chirurgie@olvg.nl

Polikliniek Chirurgie, locatie West, route 6
020 510 88 80 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Als de polikliniek Chirurgie niet bereikbaar is, belt u met klachten die echt niet kunnen wachten naar de Verpleegafdeling Chirurgie.

Verpleegafdeling Chirurgie B5, locatie Oost
020 599 25 03 (bij spoed dag en nacht bereikbaar)

Is de situatie levensbedreigend, bel dan 112.

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Chirurgie van OLVG. Laatst gewijzigd: