home

Na de bevalling naar huis- zorg voor moeder en de pasgeboren baby : u kunt hiervoor terecht bij Verloskunde

De kraamtijd duurt tot ongeveer 6 weken na de bevalling. Voor de meeste vrouwen is de tijd na de bevalling wat zwaarder dan de periode ervoor. Uw lichaam moet in de kraamtijd herstellen van de zwangerschap en bevalling. Veel vrouwen zijn daardoor wat vaker moe, humeurig, vergeetachtig of huilerig.

In de kraamperiode komt de verloskundige om de dag bij de moeder thuis om de gezondheid van moeder en baby te controleren. De kraamhulp komt elke dag en helpt onder andere bij de verzorging van de baby en het geven van borstvoeding.

In het kader van nazorg en wetenschappelijk onderzoek nemen we telefonisch contact op met iedereen die bevallen is in OLVG. Wij vinden het belangrijk om te horen hoe u uw bevalling heeft ervaren. Ongeveer 10 dagen na de bevalling bellen we u hierover. Dit telefoongesprek is niet bedoeld om het medisch verloop van de bevalling na te bespreken. Heeft u op dat moment nog medische vragen die niet beantwoord kunnen worden? Dan maken we indien gewenst een nieuwe telefonische of fysieke afspraak met een zorgverlener die betrokken was bij de bevalling.

Verloop

Zorg voor de moeder na de bevalling

  • Extra rust. We adviseren kersverse moeders daarom iedere middag een paar uur rust te nemen (in bed) en ‘s avonds vroeg naar bed te gaan.
  • Regelmatig plassen. Met een lege blaas kan de baarmoeder zich namelijk beter samentrekken. Dit samentrekken van de baarmoeder is nodig om het bloedverlies te stoppen.
  • Bij last van naweeën kan een warme kruik tegen de buik verlichting geven. Ook kunnen er 1 of 2 tabletten paracetamol van 500 mg ingenomen worden.
  • Wanneer de moeder hechtingen heeft kan het perineum (gebied tussen de vagina en de anus) extra gevoelig zijn. De hechtingen lossen vanzelf op. Bij last van trekkende hechtingen kan de verloskundige de hechtingen na 5 tot 7 dagen verwijderen

Zorg voor de pasgeboren baby

  • Iedere dag moet de overgang van de huid naar de navel goed schoongemaakt worden met een gaasje met alcohol 70% zuiver. Doe dit tot het navelstompje is afgevallen en goed droog is.
  • De baby krijgt tussen de 4e en de 7e dag na geboorte een hielprik (de PKU/CHT-prik).
  • Tijdens de bevalling kan er wat bloed en slijm in de mond en de maag van de baby terechtkomen. Dat wordt vaak weer uitgespuugd en is meestal bruinig van kleur. De baby kan er in de eerste 24 uur misselijk van zijn. Schrik niet wanneer de baby moet kokhalzen of spugen. Draai de baby op de zij of houd de baby even rechtop.
  • De baby moet binnen 24 uur geplast hebben en binnen 48 uur gepoept hebben. De eerste ontlasting van de baby is meestal zwart en kleverig.
  • De temperatuur van de baby moet tussen de 36,5 ˚C en 37,5 ˚C zijn. Handjes en voetjes voelen vaak wat koud aan. Dit betekent niet dat de baby het koud heeft.
  • Leg de baby bij voorkeur op de rug te slapen. Dit is de veiligste houding.
  • De meest natuurlijke manier van voeden is borstvoeding. Moedermelk bevat naast voedingsstoffen ook afweerstoffen en andere beschermende stoffen die infecties en allergieën helpen voorkomen.
  • Na een geboorte met behulp van vacuümpomp of tang kan een baby hoofdpijn hebben of misselijk zijn. Wij adviseren u de baby dan zo veel mogelijk rust te geven.

Meer informatie over de kraamperiode

Wat kunt u verwachten van de kraamperiode? Waar moet u thuis aan denken bij de verzorging van uw baby? En hoe zorgt u ervoor dat u zelf goed herstelt van de bevalling? Dat en meer leest u in deze folder.

Vragen & contact

Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken? Neem dan contact op met de afdeling Verloskunde.

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Verloskunde van OLVG. Laatst gewijzigd: