Herstel na een openhartoperatie aan een hartklep : zo gaat het verder

Het is normaal dat u zich slap en moe voelt na de operatie. Uw lichaam heeft tijd nodig om te herstellen.

Emoties

• Soms wordt u plotseling boos of moet u opeens huilen. Dit is na de operatie normaal.
• Ook uw partner kan gespannen zijn na de operatie. Vaak gaat dit vanzelf weg.
• Als u na een aantal weken nog steeds last heeft van heftige emoties, maak dan een afspraak met uw huisarts.

Pijn bij het borstbeen

• Tijdens de operatie is uw borstbeen opengemaakt. Aan het einde van de operatie maakt de arts uw borstbeen weer stevig dicht met metalen draden. De arts verwijdert de metalen draden niet. Deze kunnen blijven zitten.
• Door de metalen draden in uw borst kunt u pijn bij uw borstbeen krijgen. Dit is normaal en wordt vanzelf minder.
• Doe het rustig aan. Doe geen zware dagelijkse activiteiten.
• Als het lukt, mag u gewoon op uw zij, buik of rug liggen.
• Hoesten, niezen en persen kan gevoelig zijn. Dit wordt vanzelf minder.
• Het herstel van uw borstbeen duurt ongeveer 6 weken.

Spierpijn

• Spierpijn na de operatie is normaal. Vaak heeft u spierpijn in uw nek, rug, ribben of schouders.
• Spierpijn wordt vanzelf minder. Vaak is de pijn na 6 tot 8 weken helemaal weg.

• Na ongeveer 4 weken heeft u een afspraak met de verpleegkundig specialist van OLVG. Na ongeveer 3 maanden heeft u een afspraak met uw eigen cardioloog.
• Als uw cardioloog niet bij OLVG werkt, dan heeft u 4 weken na de operatie een afspraak met uw eigen cardioloog. Bel uw eigen ziekenhuis om een afspraak te maken.
• Als u wilt, kunt u ook een afspraak krijgen met de cardiothoracale chirurg. Bel hiervoor met de Planning van afdeling Cardiothoracale Chirurgie.

Wond

• Ga de eerste 6 weken na de operatie niet in het bad, naar het zwembad of naar de sauna. U mag wel gewoon douchen.
• Gebruik geen poeder of zalfjes rond de wond.
• Kom niet aan de hechtdraden.
• De hechtingen lossen vanzelf op. Dit duurt ongeveer 6 weken.
• Als u zich zorgen maakt over de wond, neem dan contact met ons op.

Bh

• Wij raden vrouwen aan om een bh met goede ondersteuning te dragen. Zo kan de wond goed helen.
• Draag een bh zonder beugels.

Medicijnen

• Als u naar huis gaat, krijgt u uw medicijnen mee van de apotheek.
• Gebruik alleen de medicijnen die u meekrijgt van de apotheek. Gebruik geen medicijnen die u nog thuis heeft liggen.
• Soms zijn uw medicijnen veranderd door de operatie. Gebruik daarom niet zomaar medicijnen die u voor de operatie gebruikte.
• Na de operatie slikt u bloedverdunners. Bloedverdunners zorgen ervoor dat er geen stolsels kunnen ontstaan in de omleidingen.
• Door bloedverdunners bloedt u sneller. U kunt bijvoorbeeld sneller blauwe plekken of bloedend tandvlees krijgen. Ook kunt u langer blijven bloeden als u een wondje krijgt.

Tillen

• Til of trek de eerste 6 weken na de operatie geen zware dingen. Til ook geen kinderen of kleinkinderen op.
• Trek uzelf 6 weken niet met 1 arm omhoog om uit bed te komen.
• Doe geen zware dagelijkse activiteiten zoals ramen wassen of stofzuigen.

Gezond eten

• Eet gezond en eet niet te veel. Zorg voor voldoende afwisseling in uw maaltijden.
• Eet geen of weinig vette of zoute producten.
• Heeft u overgewicht? Dan raden we u aan om af te vallen. U kunt dit bespreken met uw huisarts of met een diëtist.

Rust

• Het is niet nodig om overdag in bed te liggen. Wij raden u aan om te bewegen als dit lukt.
• Probeer in de middag 1 uurtje te rusten.
• U kunt een beetje moe worden, maar het is voor uw herstel niet goed als u te moe wordt. Als u erg moe bent, probeer de volgende dag iets rustiger aan te doen.
• Start rustig weer met uw dagelijkse activiteiten.
• Doe geen dingen die u veel spanning of stress geven.

Bewegen

• Begin rustig aan met meer te bewegen.
• Als het lukt, maak dan 2 keer per dag een kleine wandeling. Neem in het begin iemand mee als u gaat wandelen.
• U mag gewoon traplopen.
• U kunt gewoon vrijen.
• U kunt ook proberen te fietsen op een hometrainer.
• Autorijden en fietsen op de straat raden wij af. Na 6 weken mag u weer gewoon fietsen en autorijden op straat.
• Doe geen andere sporten dan wandelen en fietsen op de hometrainer. U begint langzaam weer met andere sporten tijdens het hartrevalidatieprogramma.
  U leest meer hierover op de webpagina: Hartrevalidatie.

Bloeddruk en bloedsuiker

• Door de hartoperatie kan uw bloeddruk veranderen. Laat uw bloeddruk regelmatig controleren bij de huisarts.
• Als u diabetes heeft, controleer dan vaak uw bloedsuiker. Uw bloedsuiker kan ook veranderen door de operatie.

Hoesten

Als u moet hoesten, gebruik dan de eerste weken thuis een kussentje. Als u de hoest voelt aankomen, drukt u het kussentje op de pijnlijke plek.

Werken

• Vaak voelt u zelf wanneer u klaar bent om weer te werken.
• Als u denkt dat u weer kan gaan werken, bespreek dit dan met uw huisarts, cardioloog, werkgever en de bedrijfsarts.
• Vaak bouwt u de uren weer langzaam op.

Vakantie

• Als u zich goed voelt, kunt u na 3 weken gewoon op vakantie. U kunt dan ook gewoon reizen met het vliegtuig.
• Als u op vakantie wilt, bespreek uw plannen dan met uw huisarts en cardioloog. Als u hulp krijgt van de trombosedienst, bespreek uw plannen dan ook met de trombosedienst.
• Doe het op vakantie rustig aan.
• Houd er rekening mee dat u op vakantie niet dezelfde zorg kan krijgen als in Nederland.

Als u naar huis gaat na de operatie, meldt de arts u aan voor het hartrevalidatieprogramma. Als u ongeveer 6 weken thuis bent, belt een medewerker van de afdeling Fysiotherapie of Hartrevalidatie u over dit programma.
Als u een patiënt in OLVG bent, lees dan meer over dit programma op deze webpagina: Hartrevalidatie.
Als u geen patiënt in OLVG bent, dan volgt u een hartrevalidatieprogramma in uw eigen ziekenhuis.

Elke operatie heeft risico’s. Na een openhartoperatie aan een bypass en de hartkleppen heeft u een kleine kans op een bloeding of ontsteking.

Bel meteen de afdeling Cardiothoracale Chirurgie als u 1 of meer van de volgende klachten heeft:

• Meer dan 38,5 graden koorts.
• U denkt dat uw wond ontstoken is. De wond is rood en warm of de plek om de wond is dik. Er kan ook pus uit de wond komen. Als u twijfelt, bel dan de afdeling.
• Uw hartslag is onregelmatig of sneller dan normaal.
• U heeft pijn op de borst. U kunt ook pijn op de borst krijgen door de wond. Bel meteen de afdeling als u de pijn herkent van voor de operatie.
• U bent kortademig. Het is normaal om na de operatie kortademig te zijn. Als dit niet weggaat of als het erger wordt, bel dan de afdeling.
• U moet steeds meer hoesten.
• U hoest geel of groen slijm op.
• U heeft bloed bij de urine of ontlasting.

U heeft meestal ongeveer 4 weken na ontslag een afspraak met de cardioloog in uw eigen ziekenhuis. Heeft u na deze 4 weken klachten? Neem dan contact op met uw eigen cardioloog.