home

Zoledroninezuur bij kanker : Zometa

Uw behandelend arts of verpleegkundig specialist heeft als onderdeel van de behandeling van uw ziekte gekozen voor het medicijn zoledroninezuur, oftewel Zometa®. In deze folder kunt u meer informatie vinden over zoledroninezuur. Waarom het gegeven wordt, hoe het medicijn werkt, welke bijwerkingen er op kunnen treden, enzovoorts.

Wat is zoledroninezuur?

Zoledroninezuur is een stof die valt binnen de groep stoffen die bisfosfonaten worden genoemd. Bisfosfonaten zijn medicijnen die worden gebruikt om de botten steviger te maken of stevig te houden. In de botten vindt constant botaanmaak en botafbraak plaats, normaal gesproken is dit proces in balans. Door een verstoring in die balans worden botten zwakker en kunnen ze sneller breken. Soms komt er ook te veel calcium vanuit de botten in de bloedbaan.

Redenen om zoledroninezuur te geven

Bij kanker zijn er 2 redenen om zoledroninezuur te geven

  1. Verstoring in de botaanmaak en botafbraak door
    • Uitzaaiingen in het bot of
    • Door de ziekte zelf, bijvoorbeeld multipel myeloom
  2. Een te hoog calciumgehalte in het bloed (hypercalciëmie)

Hieronder worden de redenen verder uitgelegd.

Verstoring in aanmaak en afbraak van botten

Uitzaaiingen

Het medische woord voor uitzaaiingen in de botten is “botmetastasen”. Dit zijn kankercellen die uit de oorspronkelijke plaats van de kanker, bijvoorbeeld de borst, prostaat of long, zijn verspreid naar de botten. Deze uitzaaiingen kunnen pijnklachten geven en de botten verzwakken. Dit kan leiden tot botbreuken.

In principe kunnen alle botten worden aangetast door kankercellen maar het vaakst komen uitzaaiingen voor in de wervelkolom, bekken, ribben, pijpbeenderen en schedel. 

Botuitzaaiingen worden vaak door een scan of ander onderzoek door uw arts vastgesteld.
De uitzaaiingen in de botten worden behandeld door de medicijnen die ook werken tegen de vorm van kanker waar de uitzaaiingen vandaan komen. Dus hormoon- of chemotherapie. Daarmee wordt bijvoorbeeld de borstkanker behandeld. Maar dit heeft ook positieve invloed op de uitzaaiingen in de botten. 

Als de uitzaaiingen pijnklachten veroorzaken wordt er soms bestraald of wordt er medicatie tegen de pijn afgesproken. Zoledroninezuur zorgt ervoor dat de balans tussen botafbraak en botaanmaak weer wordt hersteld en de pijn vermindert. 

Multipel myeloom

Bij multipel myeloom werken de cellen die bot aanmaken niet goed meer. De cellen die bot afbreken zijn juist erg actief. Dit kan alle botten gebeuren. Daardoor worden de botten zwakker en kunnen ze sneller breken. Zoledroninezuur helpt dan om de botafbraak te verminderen. 

Te hoog calciumgehalte in het bloed

Botuitzaaiingen en multipel myeloom kunnen ook leiden tot een verhoogd calciumgehalte (te veel calcium) in het bloed. Dit heet ook wel hypercalciëmie. Een te hoog calciumgehalte in het bloed kan ontstaan doordat er te veel calcium vrijkomt. Dat gebeurt als er te veel botweefsel wordt afgebroken. Dit komt omdat de botaanmaak en de botafbraak bij kanker verstoord kan zijn.

Een te hoog calciumgehalte in het bloed kan ernstige klachten geven. Denk aan: dorst, veel plassen, uitdroging, een verminderde werking van de nieren, misselijkheid, zich niet lekker voelen, verstopping (obstipatie), verwardheid, sufheid en hartritmestoornissen.  Een verhoogd calciumgehalte moet op tijd worden (h)erkend. Uw arts houdt het calciumgehalte in het bloed in de gaten door bloedonderzoek.

Zoledroninezuur helpt het calciumgehalte in uw bloed te normaliseren.

Hoe wordt zoledroninezuur toegediend?

Zoledroninezuur wordt via een infuus toegediend. Dat duurt ruim 15 minuten. U krijgt hiervoor een afspraak. Meestal vindt toediening plaats op de dagbehandeling oncologie-hematologie. Zoledroninezuur kan soms ook bij u thuis worden toegediend

Uw arts besluit hoe vaak het in uw geval nodig is om zoledroninezuur via een infuus toe te dienen. Meestal 1x per 3 maanden. 

Kunt u bijwerkingen verwachten?

Over het algemeen wordt zoledroninezuur goed verdragen maar net als bij ieder medicijn is er ook bij zoledroninezuur kans op bijwerkingen.

Bijwerkingen die vaak voorkomen zijn: hoofdpijn en een griepachtig gevoel, dat wil zeggen: rillerig, koorts, botpijn, spierpijn en/of gewrichtspijn en slaperigheid. Dit duurt meestal enige uren of dagen en gaat vanzelf weer over. Paracetamol kan helpen tegen deze klachten. Als u het nodig vindt, neemt u 3x per dag 2 tabletten van 500 mg. 

Andere vaak voorkomende bijwerkingen zijn: misselijkheid en minder eetlust. Dat gaat meestal vanzelf over. 

Het is belangrijk om uw tandarts te laten weten dat u wordt behandeld met zoledroninezuur omdat zoledroninezuur soms invloed kan hebben op de kaak. U merkt dit door:

  • pijn in de mond, aan de tanden en de kaak
  • zwelling of niet genezende pijnlijke plekken in de mond of kaak, infecties in de mond
  • verdoofd, zwaar of ongewoon gevoel in de kaak of  aan de tanden of kiezen
  • het los gaan zitten van een tand

Als u bijwerkingen heeft, waar u zich zorgen over maakt, bel dan naar de polikliniek.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Medische Oncologie en Hematologie, locatie Oost, P2
020 510 88 78 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Medische Oncologie en Hematologie, locatie West, route 14
020 510 88 78 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Medische Oncologie van OLVG. Laatst gewijzigd: