Meer informatie over MijnOLVG
In MijnOLVG kunt u uw persoonlijke gegevens van OLVG inzien en beheren. U kunt bijvoorbeeld uw afspraken bekijken, onderzoeksuitslagen inzien en korte vragen stellen.
Lees verder
Een operatie aan een carpale tunnel gebeurt in principe altijd onder lokale verdoving. Medicijnen, al dan niet op doktersvoorschrift, kunnen bijwerkingen veroorzaken. Zorg er daarom voor dat u aan uw chirurg vertelt of u medicijnen gebruikt.
Verder heeft roken een slechte invloed op de wondgenezing en het herstel na de ingreep. Om het risico op problemen te minimaliseren wordt u aangeraden om minstens 6 weken voor de ingreep niet te roken.
Bij een operatie voor het carpaal tunnel syndroom wordt via een snede in de huid de dwarse polsband blootgelegd en vervolgens in de lengterichting doorgesneden. Hierdoor wordt de tunnel wijder en krijgt de zenuw meer ruimte waardoor de klachten verdwijnen.
Zelf autorijden of fietsen wordt u na de operatie afgeraden. Daarom adviseren wij u voor begeleiding te zorgen. Reizen met het openbaar vervoer is geen probleem.
Meteen na de operatie moet u de hand zoveel mogelijk hoog houden. Dat wil zeggen: boven de hartstreek. Verder moet u proberen de hand normaal te gebruiken. Na een week mag u weer lichte werkzaamheden verrichten. Na ongeveer 6 weken mag u uw hand weer gewoon gebruiken voor alle zware werkzaamheden.
Het kan enige tijd duren voordat het gevoel in uw pols en hand of een eventuele krachtsvermindering hersteld is. De tintelingen zijn meestal heel snel verdwenen, maar het gevoel in uw hand en pols kan anders dan normaal blijven. Verder kunnen de krachtsvermindering of de dove vingertoppen lang blijven bestaan. Pas na 3 tot 6 maanden is het resultaat definitief en bij enkelen pas na een jaar.
Neem bij ernstige pijn, roodheid, pus of koorts altijd contact op met het ziekenhuis!
Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken? Neem dan contact op met de afdeling Plastische Chirurgie.