home

Röntgenonderzoek blaas en urinewegen bij een kind : mictiecystogram

Om te zien of uw kind afwijkingen aan de blaas of de urinewegen heeft, kan een mictiecystogram nodig zijn. Dit is een röntgenonderzoek van de blaas en urinewegen. Dit röntgenonderzoek is met contrastmiddel. De voorbereiding en het onderzoek duren minimaal 2 uur en 30 minuten.

Over een mictiecystogram

Een mictiecystogram is een serie röntgenfoto’s van voor, tijdens en na het plassen. Dit heet een doorlichtingsonderzoek. Dit is een röntgenonderzoek met contrastmiddel. Op een mictiecystogram zijn de blaas en urinewegen te zien. 
Een röntgenonderzoek of een röntgenfoto is een afbeelding van de binnenkant van een deel van het lichaam. 
Het doel van het onderzoek is om te kijken of er afwijkingen zijn aan de blaas of urinewegen van uw kind. Een röntgenonderzoek gebeurt via röntgenstralen. De hoeveelheid straling is heel klein. 

Tijdens het onderzoek krijgt uw kind jodiumhoudend contrastmiddel in de blaas. Dit gebeurt via een blaaskatheter. Dat is een klein soepel slangetje via de plasbuis naar de blaas. Dit gebeurt op de afdeling Kindergeneeskunde.
Heeft uw kind een allergische reactie gehad na jodiumhoudend contrastmiddel bij een eerder onderzoek? Vertel dit dan voor het onderzoek aan de arts.

Zo bereidt u uw kind voor

  • Het is belangrijk dat uw kind weet wat er gebeurt tijdens het onderzoek. Vertel uw kind vooraf wat er gaat gebeuren. Tip: neem een knuffel, een spelletje of een stuk speelgoed voor uw kind mee naar het onderzoek.
  • Trek uw kind kleding aan die makkelijk uit en aan te trekken is.
  • Voor de kwaliteit van de röntgenfoto is het belangrijk dat uw kind zo stil mogelijk ligt en zo min mogelijk beweegt. Als het nodig is mag u hierbij helpen. Het stilliggen kunt u thuis oefenen.

Zo gaat het onderzoek

Voor een mictiecystogram is het nodig dat uw kind een deel van de dag aanwezig is op de polikliniek Kindergeneeskunde of op de verpleegafdeling Kindergeneeskunde.
Het onderzoek en het onderzoek duren minimaal 2 uur en 30 minuten.

U mag tijdens de voorbereiding en het onderzoek bij uw kind blijven. Als u zwanger bent of zwanger denkt te zijn is het beter om niet in de onderzoekskamer te blijven tijdens het onderzoek. Dan kunt u nog iemand meenemen die wel bij uw kind kan blijven in de onderzoekskamer. 

Voor het onderzoek

  • U meldt zich met uw kind bij de polikliniek Kindergeneeskunde of bij de verpleegafdeling Kindergeneeskunde.
  • De assistent brengt u en uw kind naar een kleedkamer. De kleding van het onderlichaam en onderbroek van uw kind moeten uit. Sokken en bovenkleding houdt uw kind aan.
  • De kinderarts plaatst een blaaskatheter in de plasbuis van uw kind. Een blaaskatheter is een dun soepel buisje met aan het einde een klein ballonnetje. De blaaskatheter wordt via de plasbuis in de blaas geschoven.
  • De arts vult het ballonnetje van de blaaskatheter met water. Dit ballonnetje houdt de blaaskatheter tijdens het onderzoek op zijn plaats.
  • Het plaatsen van de blaaskatheter voelt soms niet prettig.
  • Na het plaatsen van de blaaskatheter trekt uw kind de kleren weer aan.
  • Een medewerker brengt u en uw kind naar de afdeling Radiologie.

Het onderzoek

Op de afdeling Radiologie krijgt uw kind het onderzoek. Dit duurt ongeveer 1 uur. Het onderzoek bestaat uit een serie röntgenfoto’s van voor, tijdens en na het plassen.

  • De kleding van het onderlichaam en de onderbroek moeten opnieuw uit. Sokken en bovenkleding houdt uw kind aan.
  • Uw kind gaat op de onderzoekstafel liggen. Deze tafel kan van voor naar achter schuiven. Boven de onderzoektafel hangt een groot röntgenapparaat.
  • De laborant vult de blaas via de blaaskatheter met contrastmiddel. Dit duurt ongeveer 20 minuten. Een volle blaas geeft uw kind het gevoel dat het nodig moet plassen, dat is normaal.
  • De laborant maakt foto’s tijdens het vullen van de blaas met contrastmiddel en van de volle blaas.
  • De radioloog verwijdert de blaaskatheter.
  • De radioloog vraagt uw kind te plassen. Tijdens het plassen maakt de radioloog röntgenfoto’s van hoe de blaas leegloopt.

Na het onderzoek

  • Uw kind mag de kleding weer aan.

Naar huis

Na het onderzoek mag u met uw kind meteen naar huis.

Adviezen voor thuis

Laat uw kind na het onderzoek meer water laten drinken. Zo spoelt de blaas en plasbuis schoon.

De uitslag

De uitslag van het onderzoek is niet meteen bekend. De arts die het onderzoek heeft aangevraagd, bespreekt de uitslag met u.

Wanneer moet u ons bellen?

Door het plaatsen van de katheter kan de plasbuis geïrriteerd zijn. Na dit onderzoek is er soms bloed bij het plassen. Dit is meestal na 2 dagen weer over. 

Bel meteen de afdeling Urologie bij 1 of meer van deze klachten heeft:

  • Uw kind heeft meer dan 38,5 graden koorts.
  • Na 2 dagen ziet u nog bloed tijdens het plassen.
  • Uw kind kan 8 uur of langer moeilijk of helemaal niet plassen.

Veelgestelde vragen over röntgenonderzoek

Een röntgenfoto is een foto van de binnenkant van het lichaam. Het onderzoek gebeurt met röntgenstralen.

Een röntgenfoto is nodig om de oorzaak van pijn of klachten te onderzoeken.

De röntgenstralen maken botten en organen zichtbaar. Het doel van een röntgenonderzoek is om te kijken of er afwijkingen zijn.

Nee, u voelt niks als er een röntgenfoto gemaakt wordt.  

Nee. De hoeveelheid straling is heel klein en is niet schadelijk voor uw gezondheid.

Een medewerker komt iedere dag een paar keer in aanraking met een kleine hoeveelheid röntgenstralen. Het scherm en het loodschort beschermen de medewerker tegen te veel straling.
De medewerker draagt het schort als deze bij de patiënt blijft tijdens het maken van een röntgenfoto.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Afdeling Radiologie, locatie Oost, C1
020 599 33 25 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
radiologieoosterpark@olvg.nl

Afdeling Radiologie, locatie West, route 15
020 510 88 98 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
radiologie.afdeling@olvg.nl

Polikliniek Kindergeneeskunde, locatie Oost, P4
020 599 30 38 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
kinderpoli@olvg.nl

Polikliniek Kindergeneeskunde, locatie West, route 32
020 510 88 90 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
kinderpoli@olvg.nl

Afdeling Kindergeneeskunde, locatie West, route 24
020 510 89 07 (dag en nacht bereikbaar)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Radiologie en Nucleaire geneeskunde van OLVG. Laatst gewijzigd: