home

Aandacht voor jezelf kunnen zijn en je veilig voelen

Het is vandaag de dag tegen homo-bi-intersekse en transgenderfobie. Helaas komt ongelijke behandeling van mensen vanwege hun seksuele gerichtheid en genderidentiteit nog altijd voor in Nederland. Ook in OLVG hebben wij op dit onderwerp nog te leren*. En juist daarom staan wij stil bij deze dag. Want het is belangrijk dat íedereen zich veilig voelt en zichzelf kan zijn.  OLVG-medewerkers Joost de Wolf, Sonja Gerber en Mourad Belbikkey vertellen hieronder open over hun regenboogrelatie, coming out en de stappen die OLVG volgens hen nog kan zetten.

‘Toen ik twee jaar geleden begon bij de dienst Geestelijke Verzorging, voelde ik dat ik bij mijn collega’s mezelf kon zijn’, begint Joost. ‘Voor mij is dat best speciaal, want ik kom uit een milieu waarin dat niet vanzelfsprekend is. Daardoor ben ik altijd alert en heb ik een observerend oog ontwikkeld, waarmee ik nieuwe situaties en omgevingen als het ware “scan”: kan het hier, mag ik er zijn? Op mijn werk voel ik me veilig. Ik vertel mijn collega’s ook heel graag over mijn zoontje, dat ik afgelopen jaar samen met mijn vriend kreeg.’

Sonja knikt. ‘Ik werk hier al 18 jaar als docent Verpleegkunde en voorzitter van de ondernemingsraad en hoefde nooit uit de kast te komen. Ik vind dat sowieso een vervelende term. Ik hou niet van hokjes of het woord homohuwelijk. Ik ben wie ik ben en praat over mijn relatie zoals iedereen die een relatie heeft. Jaren geleden lag ik in scheiding en of je nu van een man of vrouw scheidt: dat verdriet is hetzelfde. Ik ben toen goed en liefdevol opgevangen door collega’s, dat voelde heel waardevol.’

Mourad, ik begrijp dat jij ook al heel open bent geweest tegen je klasgenoten?’

‘Ja, want dat kost me minder energie dan wanneer ik moet verbergen wie ik ben. Als ik ergens kom waar ik langer zal blijven, zoals hopelijk OLVG, wil ik me comfortabel voelen. Drie jaar geleden ben ik vanuit mijn moederland naar Nederland gevlucht, omdat het er voor mij niet veilig was. In OLVG werk ik als verpleegkundige in opleiding mee op de afdeling Interne Geneeskunde. Toen collega’s vroegen waarom ik naar Nederland ben gekomen, zei ik: “Voor mijn transitie.” Mijn collega's was niets opgevallen en dat vond ik een heel groot compliment.’

 ‘Wat ik wél merk is dat ik behoedzaam ben in het contact met patiënten, want homoseksualiteit wordt helaas nog niet door iedereen geaccepteerd’, zegt Joost. ‘Als bijvoorbeeld een patiënt terloops vraagt of ik getrouwd ben, zeg ik ja. Als er niet wordt doorgevraagd laat ik het zo. Ook als de patiënt het daarna over ‘mijn vrouw’ heeft, ga ik niet corrigeren. Doe ik dat wel, dan ga ik weg van mijn bedoeling om een patiënt te begeleiden. En natuurlijk wringt het soms, omdat ik ben wie ik ben en dat ook wil uitdragen, maar in de werksfeer zijn andere belangen soms groter. Daar maak ik zelf een afweging in.’

 ‘En toch merkte ik onlangs dat je ook veel goeds kunt doen, júist door wel te laten zien wie je bent’, vervolgt Joost. ‘Een katholieke vrouw had bij mij een gesprek aangevraagd. Ze vertelde over haar zoon, die een kindje had gekregen met een Turkse vrouw. Ik was in de veronderstelling dat haar zoon met een Turkse vrouw was getrouwd, maar het bleek om een draagmoeder te gaan: haar zoon zou samen met zijn man het kindje opvoeden. Het duurde best lang voor de vrouw het kon benoemen en omdat ik niet verder vroeg, draaiden we lang om elkaar heen. Uiteindelijk bleek het voor de vrouw heel waardevol om erover te praten, omdat ik ook pas een zoon met mijn vriend heb gekregen en wij hem samen met zijn moeder opvoeden. Dat betekende veel voor haar.’

‘Voor mij betekent pride dat we vieren dat we van elkaar verschillen en daarin gelijk zijn. Dat we elkaar respecteren en de ruimte geven.’

Sonja knikt vertwijfeld. ‘Ik zou willen dat dagen als Coming out Day en de Pride niet meer nodig zijn. Begrijp me niet verkeerd: ik houd van feestjes. Maar ik hoop dat ik ooit niet meer hoef uit te leggen dat ik lesbisch ben. Waarom moet ik het uitleggen? Ik hou van een persoon. En dat is een vrouw.’

‘Soms ben je activisme-moe’, beaamt Joost.

Ook Mourad knikt. ‘Ik ben gevlucht uit een land waar niks mag en koos voor Nederland omdat ik het beeld had dat iedereen daar zichzelf kon zijn. Toch is dat niet helemaal zo. Ook in Nederland zeggen mensen gekke dingen, of stellen ze rare vragen. Ik vind: stel geen vragen die je zelf ook niet zou willen krijgen.’ Hij denkt even na en vervolgt dan: ‘Ik snap ook wel dat er veel vragen zijn. Voor mij zelf ook. Een transitie is geen traject van A tot Z, maar een tocht, een reis langs jezelf. Die je op sommige punten graag met anderen wil delen, maar die ook privé is.’

Wat zou beter kunnen in OLVG?  Sonja: ‘Er zijn bedrijven waar je kunt kiezen hoe je aangesproken wilt worden: hij, zij, hen, die. Op ons profiel op intranet en de website zou dat toch ook mogelijk moeten zijn? Het zou mooi zijn als OLVG die stap nog kan zetten.’ Joost en Mourad knikken: ‘Dat zou zéker goed passen bij OLVG: een ziekenhuis voor iedereen.’

* Vorige week heeft het College voor de rechten van de Mens een oordeel gegeven over de klacht van een patiënt in OLVG. Dit oordeel laat zien dat wij als ziekenhuis anders hadden moeten handelenWe hebben getwijfeld of we dit interview (geschreven voor bekendmaking van het oordeel) wel moesten publiceren. In samenspraak met de geïnterviewde collega’s is besloten dit toch te doen. Juist om te laten zien dat aandacht voor homo-bi-intersekse en transgenderfobie belangrijk is, ook in de zorg.