Uw dossier online inzien?
In MijnOLVG kunt u uw persoonlijke gegevens van OLVG inzien en beheren. U kunt bijvoorbeeld uw afspraken bekijken, onderzoeksuitslagen inzien en korte vragen stellen.
Lees verder
Een thoracoscopie wordt verricht indien er vocht tussen de longbladen zit of omdat men een klaplong (pneumothorax) heeft. De longarts kan door middel van dit onderzoek de longen en borstwand bekijken, en zo te weten komen wat de oorzaak van de klachten is.
U meldt zich op de afgesproken dag en tijd op de verpleegafdeling Longgeneeskunde. Vanaf de afdeling wordt u naar de behandelkamer gebracht voor het onderzoek.
Voor het onderzoek onder plaatselijke verdoving hoeft u niet nuchter te zijn. U mag dan gewoon eten en drinken.
Als het onderzoek onder narcose plaatsvindt, moet u wel nuchter zijn:
Als het onderzoek na 12 uur is gepland, mag u tot 7 uur nog een licht ontbijt gebruiken, zoals een beschuitje met jam en een kop heldere vloeistof.
Gebruikt u bloedverdunnende middelen zoals Sintrommitis of Marcoumar, meld dit dan vooraf aan uw arts.
Om het onderzoek goed en pijnloos uit te voeren, geeft de longarts u een plaatselijke verdoving. In enkele gevallen kan het nodig zijn het onderzoek onder algehele anesthesie uit te voeren. De arts zal dit van te voren met u bespreken. In dat geval gaat u ter voorbereiding op het onderzoek bij de anesthesioloog langs op het preoperatieve spreekuur van de polikliniek Anesthesiologie. Zie ook de folder onderaan deze pagina "Anesthesie".
U wordt met bed overgebracht naar de onderzoekkamer. Omdat de ingreep steriel moet gebeuren, worden er groene steriele doeken over u heen gelegd, waar u niet aan mag komen. U krijgt een infuus om eventuele noodzakelijke medicijnen gemakkelijk te kunnen toedienen.
Na de verdoving wordt een kleine incisie (sneetje) van twee tot drie centimeter in de huid gemaakt. Door middel van een buisje met een lampje eraan kan de longarts de longen en de borstwand bekijken en eventueel een stukje weefsel voor verder onderzoek wegnemen. Dit laatste kan kortdurend pijnlijk zijn.
De longarts laat door het sneetje heen een dunne drain (slangetje) achter. De top van de drain ligt tussen de longbladen. De drain wordt met een hechting vastgemaakt en rondom afgeplakt.
De duur van het onderzoek is ongeveer 30 tot 45 minuten. De duur van het verblijf in het ziekenhuis hangt af van de bevindingen van het onderzoek en de snelheid van ontplooien van de long. De opname duurt in het algemeen één tot twee weken.
Op de afdeling wordt de drain op een zuigpomp aangesloten, die het vocht en teveel lucht continu wegzuigt. Daardoor gaan de longbladen weer tegen elkaar aanliggen. Om te zien of de drain goed ligt en de long zich ontplooit wordt er nog een longfoto op bed gemaakt.
Het is belangrijk dat u met de drain in uw borstkas toch goed uw arm en schouder blijft gebruiken, hoewel dit wat gevoelig kan zijn. Uw arts spreekt met u af of bedrust noodzakelijk is. U kunt niet douchen met de drain in uw borstkas.
Verwijderen drain
Na verloop van tijd, meestal na drie tot vijf dagen, wordt de drain verwijderd en het gaatje gedicht met een krammetje (agrave) of met een hechtdraad die al tevoren aangebracht is. Deze wordt weer na zeven dagen verwijderd.
Afhankelijk van de aard van uw ziekte en de bevindingen bij het onderzoek zal de longarts u adviseren de longbladen door middel van een medicament te laten verkleven. Deze ingreep duurt enkele minuten. Zo wordt de kans verminderd dat de klachten terugkomen.
Dit kan pijnlijk zijn en/of een koortsperiode veroorzaken. Hierdoor zult u ook wat langer extra pijnstillende medicijnen krijgen. Dit bespreekt uw arts apart met u, voordat het onderzoek plaatsvindt.
Aan het onderzoek zelf zijn geen risico's verbonden, maar de ingreep wordt wel als belastend ervaren.
Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken? Neem dan contact op met de afdeling Longgeneeskunde.