home

Fietstest longen : inspanningsonderzoek

Om te kijken hoe goed uw hart en longen werken, kunt u een inspanningsonderzoek krijgen. Tijdens een inspanningsonderzoek fietst u op een hometrainer ligfiets. U bent dan aangesloten aan een ECG-apparaat, een bloeddrukmeter en een zuurstofmeter. U krijgt ook een masker op. Het onderzoek duurt ongeveer 1 uur en 30 minuten.

Zo bereidt u zich voor

  • U mag gewoon eten en drinken voor het onderzoek.
  • Ga 2 uur voor het onderzoek niet sporten en doe geen zwaar werk. Het is belangrijk dat u uitgerust aan het onderzoek begint.
  • Draag kleding waar u makkelijk in kunt bewegen, zoals sportkleding. Draag geen schoenen met hoge hakken.
  • Draag een bh zonder beugel.
  • Gebruikt u medicijnen? Soms moet u stoppen met uw medicijnen. Dan bespreekt de arts dit voor het onderzoek met u.

Zo gaat het onderzoek

Voor het onderzoek

  • Uw zorgverlener haalt u op uit de wachtkamer.
  • In de onderzoekskamer blaast u in een spirometer. Een spirometer meet hoeveel lucht u kunt inademen en uitademen. Een spirometer meet ook hoe snel u kunt uitblazen.
  • Uw zorgverlener vraagt u soms een medicijn in te ademen. Dit medicijn maakt uw luchtwegen wijder, zodat u beter kunt ademen. Uw zorgverlener bespreekt met u of dit nodig is.
  • Als het nodig is, kunt u zich omkleden.
  • U krijgt plakkers op uw borst en rug. De plakkers meten het elektrisch signaal van uw hart. Iedere plakker zit met een dun draadje vast aan een computer. De metingen zijn te zien op het beeldscherm.
  • U krijgt een band om uw bovenarm. Met de band meet uw zorgverlener uw bloeddruk tijdens het onderzoek. U krijgt ook een knijper op uw vinger. Dit heet een saturatiemeter. De saturatiemeter meet hoeveel zuurstof u in uw bloed heeft.
  • U krijgt een masker over uw neus en mond. Door dit masker kunt u goed ademen. Een computer meet via het masker onder andere hoeveel zuurstof u uitademt.

Het onderzoek

  • U gaat op de speciale ligfiets liggen.
  • Soms is het nodig om bloed af te nemen, zodat uw zorgverlener kan zien hoeveel zuurstof en koolzuur u in uw bloed heeft. Uw zorgverlener neemt dan tijdens het onderzoek bloed af. Vaak krijgt u dan een infuus. U hoeft dan maar 1 keer geprikt te worden. Uw zorgverlener bespreekt met u of dit nodig is.
  • Wanneer uw zorgverlener het zegt, begint u met fietsen. Het trappen wordt steeds zwaarder. Uw zorgverlener zegt wanneer het trappen zwaarder wordt.
  • U blijft fietsen totdat u echt niet meer verder kunt. Het is belangrijk dat u zo lang mogelijk probeert te fietsen. Zo kan uw zorgverlener goed meten hoe goed uw longen en hart werken.

Na het onderzoek

  • U bespreekt met uw zorgverlener hoe het fietsen is gegaan. Ook vraagt uw zorgverlener waarom u moest stoppen met fietsen.
  • Soms krijgt u meteen na het fietsen een longfunctieonderzoek. Lees hier meer over op de webpagina over het longfunctieonderzoek.
  • Uw zorgverlener maakt een hartfilmpje tot 10 minuten nadat u gestopt bent met fietsen.
  • Uw zorgverlener verwijdert de stickers van uw borst en rug. Ook verwijdert uw zorgverlener de bloeddrukband, de knijper om uw vinger en het masker over uw neus en mond.
  • Als u een infuus heeft gekregen, verwijdert uw zorgverlener het infuus. Op de plaats van het infuus krijgt u een drukverband. Laat het drukverband 2 uur zitten. Na 2 uur mag u het drukverband zelf verwijderen.

Uitslag

U krijgt de uitslag niet meteen na het onderzoek. De arts bespreekt de uitslag met u.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Longgeneeskunde, locatie Oost, P2
020 510 88 92 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Polikliniek Longgeneeskunde, locatie West, route 4
020 510 88 92 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Longgeneeskunde van OLVG. Laatst gewijzigd: